13 juni 2014.
Gijs heeft een weekendje weg geregeld. Ik heb geen idee waar heen maar na mijn werk sta ik klaar met mijn weekendtas vol spullen waarvan ik geen idee heb of ik het nodig zal hebben. Zelf op het treinkaartje heeft Gijs kundig onze bestemming weg gewerkt.
Eerst pakken we de trein naar Utrecht. In mijn hoofd ben ik al druk aan het bedenken wat we in Utrecht kunnen gaan doen. Misschien is er een concertje? Of heeft hij weer eens iets op vakantieveiling gescoord? Maar nee, ik wordt over het station naar een ander perron geloodst. De trein met bestemming Maastricht vertrekt vanaf hier. Okay Maastricht werd het niet, vertelde hij snel. Nu snapte ik er niets meer van. Maastricht is altijd een grapje voor als we ergens niet heen willen gaan. "Kom we pakken gewoon per ongeluk de trein naar Maastricht..." Maar nu vertelde hij dat hij een weekendje naar Valkenburg had geregeld. Dat leek hem leuker dan Maastricht.Ik heb geen idee wat Valkenburg te bieden heeft dus ik laat me verrassen.
De treinreis duurt lang, echt heel lang. Uiteindelijk komen we toch op het station van Maastricht terecht. Hier moeten we een andere trein pakken, een knal roze Veolia. Deze zijn echt een stuk fijner dan de gele rakkers van NS die bij ons rondrijden. Niet veel later staan we op het kleine stationnetje. Ik ben eigenlijk direct al onder de indruk van de sfeer in deze kleine stad. Ik kom zelfs het schattigste huisje OOIT tegen! (Ik heb echt een Google obsessie voor het huisje aan de Nieuweweg 17 op de laatste foto ontwikkeld).
Bij het Hotel Schaepkens van St. Fijt checken we in. De vrouw achter de balie is echt een grappenmaker (niet sarcastisch) en ik voel me oprecht welkom. Snel gooien we onze spullen in de kamer en gaan naar het restaurant om voetbal te kijken. De meest bizarre wedstrijd van het WK (met de kopbal van Van Persie door zijn superman move). Op het terras hangt een gezellige sfeer. Als we nog iets willen eten vragen we aan iemand uit de bediening of er nog iets te bestellen is. De keuken is al dicht geeft hij aan, maar hij komt wel aan met een bordje hapjes. Top!
Hotel Schaepkens van St. Fijt bestaat al vanaf 1 maart 1885 en werd opgericht door de familie met dezelfde naam: Schaepkens van St. Fijt. In deze tijd was Valkenburg al een populaire bestemming. In 1977 is het oude gebouw afgebrand. Ik vond het een fijn hotel, met goede bedden, vriendelijk personeel en een fijn ontbijtbuffet.
15 juli 2014.
We beginnen de dag goed met een uitgebreid ontbijt van het buffet bij ons Hotel Schaepkens van St. Fijt. Daarna wandelen we door het centrum, ik blijf bij mijn eerste indruk. Er hangt een fijne sfeer en ik kijk mijn ogen uit. Overal zijn kleine details van de historie te zien. Soms ook wat groter.
Ik heb in het hotel natuurlijk even op Google onderzocht wat er allemaal te doen is in Valkenburg. Ik wil graag kijken bij de Fluweelengrot en bij de kasteelruïne. De laatste is prominent aanwezig in het stadsbeeld, dus hier waren we waarschijnlijk sowieso wel terecht gekomen. Maar allereerst maken we een tussenstop om een echte Limburgse vlaai te proeven!
Bij de Fluweelengrot, een van de vele grotten die de stad rijk is, kopen we een kaartje voor een rondleiding. Er staan al een hoop andere klaar voor de ingang van de grot. We worden niet veel later begroet door een vrolijke gids, die ons mee de grot in neemt. Deze mergelgrot is waarschijnlijk in de 11e of 12e eeuw ontstaan doordat 'blokbrekers' de mergel ontgonnen om zo een beetje heel Valkenburg, waaronder het kasteel, mee te bouwen. De mergel is vrij zacht. Hierdoor is het behoorlijk gevoelig voor vandalen, die het erg leuk vinden om overal hun naam, verwensingen of diepzinnige quotes in te kerven. Aan de ene kant vind ik deze vorm van graffiti gaaf om te zien, maar ik begrijp ook dat dit niet erg respectvol is.
De Fluweelengrot is zo een vijf kilometer lang en loopt deels onder de kasteelruïne. In de loop der jaren heeft de grot verschillende doeleinden gehad, waaronder die van schuilkelder tijdens de tweede wereldoorlog. Hier zaten 400 mensen tijdens de bevrijding 6 dagen en 6 nachten ondergedoken voordat zij bevrijd werden. Ook hebben hier Amerikaanse soldaten gezeten die hun handtekeningen en silhouetten op de muren hebben achtergelaten.
Nog eerder, in de 18e eeuw tijdens de 'Franse' tijd, werd hier een kapelletje gebouwd. De eigen kerk mocht door de Valkenburgers niet meer gebruikt worden. Eén pastoor zorgde dat zijn kudde hier toch elke zondag een potje prediken.
Op één van de muren is een afbeelding te zien van een dinosaurus, die symbool staat voor de oorsprong van de grot. Tijdens het Krijt was dit gebied een zee, waarbij de oude fauna die overleed, hier tot stof verging en uiteindelijk de mergel hieruit ontstond. Ook de andere schilderingen, waarvan ik de verhalen ben vergeten, zijn heel gaaf om te zien. De kleuren zijn geweldig.
In één van de gangen brengt onze gids (die overigens echt top is!) de groep tot stilstand. Hij begint te vertellen over twee jongetjes die uit een inrichting even verderop waren ontsnapt. Na weken zoeken werden de jongens dood gevonden, in de grotten in deze omgeving. Klaarblijk hadden ze een ingang gevonden, maar raakten de weg kwijt. Ze overleden van de honger. Ook verteld de gids over een andere groep mensen, die ook het domme idee hadden zelf de grotten te gaan verkennen. Deze werden ook alle vier dood gevonden, maar zij waren dood gegaan van angst. Ze waren zo bang dat hun hart het niet langer aan kon, en er mee stopte.
De lichten gaan uit. Het is pik donker, ik weet niet of ik ooit in zo een donkere ruimte geweest ben. In het begin verbeeld je nog dat je iets ziet, maar al snel weet je zeker dat je echt geen hand voor ogen ziet. Het lijkt me vreselijk om zo rond te dwalen. Bang, moe, hongerig en dorstig. Bah wat een rot manier om te sterven...
Met een kaartje voor de Fluweelengrot, hebben we ook toegang tot de ruïne van Valkenburg. Dit is een zeldzame hoogteburcht, wat inhoudt dat het een burcht is op een natuurlijke hoogte. In Nederland hebben we natuurlijk niet heel erg veel hoogte, dus ik denk dat dit misschien een reden kan zijn van deze zeldzame aard. Er is niet heel veel over van de burcht die hier ooit stond.
Er wordt geschat dat de eerste versie van de burcht, een grote wachttoren, hier vanaf het jaar 1050 al stond. Zeker is dat er vanaf 1122 een burcht stond. In 1672 werd de burcht opgeblazen door stadhouder Willem III, die het niet leuk vond dat de Franzen zich er in verschanst hadden. Hierna is het eigenlijk alleen maar bergafwaarts gegaan. De stenen van een muur zijn gebruikt om de reparaties aan de stad te verrichten, nadat een brand half Valkenburg had platgelegd.
Er zijn een aantal restauraties uitgevoerd om de resten te behouden. Er zijn nog wat resten van een ridderzaal, een kappeltje en een woongedeelte te 'herkennen'. Ook vind je er nog een oude trap en een put. Zoals ik al eerder zei, de stenen zijn uit de Fluweelengrot gehaald. Dit Mergel is vrij zacht en het kasteel is van boven tot onder beschadigd door mensen die er hun naam in kerven, teksten op schrijven en gewoon asociale vandalen.
Nog één van de attracties van Valkenburg is de raketvormige toren op een heuvel. Met een kabelbaantje kun je naar boven voor €2. Niet heel spectaculair, maar wel een leuk uitzicht. Onder je racen de kinderen op de rodelbaan. Eenmaal boven kun je een drankje doen bij het restaurant, of als je zin hebt in een avontuurtje, abseilen van de toren. Hoewel ik dit ook heb overwogen, wil ik eigenlijk abseilen van een meer bijzondere plek. Niet dat dit al bepaalt is, maar ik vond het er niet echt spannend uitzien.
Deze toren is in 1906 geopend, met als doel meer toeristen naar het pittoreske Valkenburg te lokken. Het gebouw is natuurlijk ook weer opgetrokken uit de populaire mergelstenen. In 1944 werd het ernstig beschadigd door granaatexplosies die de Tweede Wereldoorlog met zich mee bracht. Vanaf 1954 kan de toren met de kabelbaan worden bereikt.
Al met al is het een leuk om de kabelbaan te pakken, al is het maar voor het uitzicht. We konden ons hotel vanaf dit punt goed in de gaten houden!
Ik ben het hangertje met de as van mijn moeder in het hotel vergeten. Even gaan we terug om deze te halen, en iets warmers aan te trekken. Als we op zoek zijn naar eten, komen we langs een stroompje met een waterrad. Ik strooi de as het liefst uit in het water of op een heuvel met uitzicht. Vlug gooi ik wat van de inhoud van het hangertje in het stroompje.
Niet veel later zitten we bij een all-you-can-eat Mexicaan! Waarom zit dit niet in Almere? Geniaal! Ik ben al snel vrienden met de papegaai die achter ons zit. Ik vind het maar sneu, zo een mooi dier, opgesloten in een kooi in een druk restaurant. Als de ober langs komt is hij behoorlijk verbaasd als hij ziet dat ik mijn gevederde vriend over zijn koppie mag aaien. "Tegen mij krijst ie alleen maar!" en inderdaad, de vogel krijgt hem in het oog en begint te gillen. Het liefst had ik het beestje meegenomen...
16 juli 2014: Onze laatste dag in Valkenburg...
We gaan op zoek naar een aquariumgrot. We volgen de bordjes, maar komen de grot niet tegen. Als ik later op zoek ga op internet, kom ik erachter dat het maar goed is dat we deze attractie niet gevonden hebben (het was ook al gesloten). De grot is niet lang geleden door de dierenbescherming leeg gehaald. Verwaarloosde reptielen en vissen werden in beslag genomen. De eigenaar van de aquariumgrot was drie weken voor de inval overleden en de dieren waren sindsdien niet meer gevoed. Ook daarvoor was er al sprake van verwaarlozing, vieze kooien en trieste dieren, als je de oude recensies leest.
Wel komen we tijdens onze zoektocht naar de aquariumgrot terecht bij een de Lourdesgrot. Een replica van het bedevaartsoord in Spanje. In 1926 werd hier de droom van één van de pastoors in de regio verwezenlijkt. Okay, persoonlijk vind ik het niet heel indrukwekkend, maar het is leuk om te zien.
Nadat we terug zijn in de bewoonde wereld, gaan we nog even lunchen op een terrasje, voordat we de trein terug naar Almere pakken.
Het is tijd voor onze volgende bestemming: Valkenburg. Deze stond officieel niet op de planning. We zouden eigenlijk de Belgische grens over gaan en overnachten in een gehucht met de naam Sint-Martens-Voeren. Ik heb geprobeerd deze reservering aan te passen, omdat ik (voor het eerst) een fout in de planning heb gemaakt en we ergens een nacht te kort kwamen. Ik heb nooit meer een reactie gehad. Nadat we besloten niet verder te gaan met de Dutch Mountain Trail was het eigenlijk ook niet nodig om nog naar dit dorp af te dalen. In plaats daarvan besloten we om nog een keertje terug te gaan naar Valkenburg.
Bepakt en bezakt verlaten we het hotel en lopen terug naar het busstation. Het is maar een kort stukje naar Valkenburg. We hebben deze keer een verblijf in het midden van de horecastraatjes, hotel Valkenhof. Het ziet er super gezellig uit, maar we kunnen helaas nog niet inchecken, we zijn wat vroeg. Eerst dumpen we de tassen achterin het restaurant en gaan op het terras zitten om een cappuccino te drinken.
Niet veel later is onze kamer klaar en kunnen we onze tassen dumpen. Het kamertje is klein maar fijn en oogt nieuw. Het is leuk ingericht en het bed ligt heerlijk!
We blijven niet te lang hangen, maar gaan een rondje door het stadje lopen. Het weer zit niet echt mee, het is wat aan de gure kant. Maar niets vergeleken het drama dat Valkenburg nog staat te wachten. Het is een gek idee dat niet lang na ons verblijf de Geul hier overstroomd en zorgt voor een watersnoodramp. Vreselijk...
We struinen door een park, gaan even kijken bij mijn favoriete huisje van Nederland, het Hans-en-Grietje huisje dat vlak bij het station ligt, lopen door het straatje met lindebomen, schieten wat foto's bij het waterrad en drinken her en der een biertje.
Tussendoor ben ik op zoek naar de muurschilderingen die overal te spotten zijn. Er zijn nog een aantal echt oude te vinden, maar de meeste zijn reconstructies van de oude schilderingen die opnieuw op andere gevels zijn aangebracht. Dit wordt gedaan door de stichting "Teekens aan de wand".
Ondertussen begint het echt te regenen en schuilen we bij Proeflokaal Leeuw aan de Brug. Op het terras aan de zijkant van het gebouw kunnen we overdekt zitten. Aangezien het een proeflokaal is hebben we keuze uit een hoop verschillende biertjes. Het café dankt zijn naam aan het Leeuwbier van de Belgische brouwerij Haacht. Vroeger was het een echt Valkenburgs biertje, dat ook daar gebrouwen werd, maar tegenwoordig wordt het dus in België gebrouwen.
We kiezen voor het biertje Super 8 Flandrien, ook van brouwerij Haacht. Ik ben fan, het heeft een lekkere volle smaak, maar niets overheerst. Ook proberen we de Tongerlo Blond, uiteraard weer van brouwerij Haacht. Deze is ook lekker, maar ik ga hierna toch nog een keertje voor de Super 8 Flandrien, die bevalt me wel.
Het weer blijft slecht, maar we besluiten op een ander terrasje te gaan zitten en wat te snacken, veel vega was er helaas niet bij Leeuw aan de Brug. In de Grootestraat gaan we was terrasjes af, kijken naar de mensen die in de stromende regen blijven schuifelen. Wij zitten prima onder de terrasverwarming.
We zien een plaquette aan de gevel van het museum Valkenburg ter nagedachtenis aan de bokkenrijders, een bende of meerdere bendes die die op rooftocht door de provincie gingen periode tussen 1740-1798. Hiervoor werden een hoop mensen veroordeeld, wat waarschijnlijk totaal onterecht was, als de mensen maar een zondebok hadden. De geschiedenis van de bokkenrijders is fascinerend en behoren tot het immaterieel cultureel erfgoed van Limburg (bron: Visit Zuid-Limburg).
Die avond eten we bij restaurant La Casa, waar ze vegetarische tapas hebben. We hebben geluk en kunnen aan het laatste beschikbare tafeltje plaatsnemen. Een hoop mensen hebben minder geluk, dus ik zou zeker aanraden om ergens te reserveren als je al een restaurantje op het oog hebt. De tapas zijn echt ontzettend lekker en volgens mij heb ik het echt binnen vijf minuten weg gewerkt, ik heb echt schandalig zitten schransen. Heerlijk en ik zou dit restaurant dan ook zeker aanraden aan iedereen die naar Valkenburg afreist.
Nadat ik me zo onfatsoenlijk heb volgepropt drinken we nog ergens wat en strompelen terug naar ons verblijf. Ondanks het lekkere bed slaap ik slecht, ik word regelmatig wakker, badend in het zweet. Ik geef de heftige aïoli-dampen de schuld die we uitademen.